Statement Interlandelijke Adoptie

 

Op 21 mei 2024 besloot demissionair minister Weerwind (Rechtsbescherming) dat er geen nieuwe interlandelijke adoptieprocedures meer worden gestart. Het besluit volgt op een motie om interlandelijke adoptie zorgvuldig af te bouwen. Deze motie werd door de SP ingediend en op 16 april 2024 door de Tweede Kamer aangenomen. Wij, een brede groep van kinderrechtenorganisaties, deskundigen, wetenschappers en belangenorganisaties voor geadopteerden, staan daar volledig achter. Wij voelen echter de noodzaak onze krachten te bundelen en gezamenlijk onze stem te laten horen, omdat het debat over interlandelijke adoptie een cruciaal kantelpunt heeft bereikt.
Afgelopen weekend berichtten Zembla, Platform Investico en hun Europese partners o.a. in Trouw en in de Groene Amsterdammer over adoptiemisstanden in onder andere Bulgarije, Hongarije en de Filipijnen. Dit zijn landen waaruit volgens de Nederlandse overheid ‘veilig’ kan worden geadopteerd. De onthullingen laten duidelijk zien dat er grote vraagtekens te plaatsen zijn bij de selectie van deze landen. Gelet op de ingrijpende gevolgen voor de betrokken kinderen en hun (oorspronkelijke) ouders is het volstrekt onverantwoord om de naar verluidt 500 nog lopende adoptieprocedures uit deze en andere als ‘veilig’ aangemerkte landen af te ronden. Deze procedures zouden per direct gestopt moeten worden.
Tevens blijkt dat de minister slechts een zeer beperkte uitvoering beoogt van twee andere, ook door de Tweede Kamer aangenomen moties, die oproepen tot betere ondersteuning van geadopteerden en stoppen met doorprocederen en tot onbeperkte en volledige toegang tot adoptiedossiers, ook voor Nederlands afgestanen en geadopteerden en hun (afstands)moeders. Wij pleiten daarom opnieuw voor betere ondersteuning bij herstel van identiteit en een betere rechtspositie voor geadopteerden.
Hieronder lichten wij onze standpunten toe:

1. Wij staan achter de stop op nieuwe aanmeldingen voor interlandelijke adopties
Al geruime tijd pleiten wij voor een permanente stop op interlandelijke adopties. Het adoptiesysteem kan, zoals door Zembla en Platform Investico wederom is aangetoond, misstanden niet uitsluiten, het draagt bij aan onnodige scheiding van kinderen en ouders en het ondermijnt de opbouw van kinder- en jeugdbescherming in herkomstlanden. De eerder door de minister geplande hervormingen in Nederland bieden, geen wezenlijke oplossingen voor de inherente kwetsbaarheden in het (wereldwijde) adoptiesysteem. Investeren in het versterken van gezinnen en lokale opvangmogelijkheden bereikt niet alleen veel meer kinderen, maar het voorkomt ook een fundamentele, onomkeerbare breuk met oorspronkelijke ouders, familie en identiteit.
Het is wat ons betreft goed nieuws dat het kabinet en de Tweede Kamer inzien dat interlandelijke adoptie ‘geen duurzaam perspectief biedt om de belangen van kinderen te beschermen’. Wij verwelkomen het besluit om geen nieuwe procedures te starten, de oprichting van centrale bemiddelingsorganisatie (IAN) te stoppen en te komen tot een concreet afbouwplan. Dit besluit is in overeenstemming met eerdere aanbevelingen van de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ, 2016), de Commissie Onderzoek Interlandelijke Adoptie (bekend als ‘commissie-Joustra’, 2021), en de aanbeveling van de in het Kinderrechtencollectief verenigde kinderrechtenorganisaties (gedaan in de ngo-rapportage 2021 aan het VN-Kinderrechtencomité, pagina 71). Daarnaast steunden in 2022 veertien belangenorganisaties van geadopteerden een permanente adoptiestop. Wij signaleren dat het aantal geadopteerden dat achter een stop staat toeneemt. Ook in andere Europese landen (Noorwegen, Zweden, Denemarken, België) zijn ontwikkelingen gaande in de richting van opschorting en/of afbouw van interlandelijke adoptie.

2.
Wij maken ons ernstige zorgen om de rechten van kinderen en hun (oorspronkelijke) ouders in de 500 lopende adoptieprocedures
De commissie-Joustra stelde al vast dat misstanden niet iets van het verleden zijn, maar dat deze ook na de invoering van het Haags Adoptieverdrag in Nederland (1998) en tot op de dag van vandaag voorkomen. Hierop volgde een tijdelijke opschorting, waarna is besloten interlandelijke
adopties naar Nederland alleen nog toe te staan uit acht landen: Hongarije, Bulgarije, Portugal, Zuid-Afrika, Lesotho, Filipijnen, Thailand en Taiwan. Met deze beperkte landenselectie trachtte de minister ‘een belangrijke waarborg in het systeem’ aan te brengen.
Onderzoek van Zembla, Platform Investico en Europese partners bevestigt dat misstanden ook in deze landen nog steeds voorkomen: bij adopties uit Hongarije, Bulgarije en de Filipijnen zijn grote risicofactoren aan te merken op het gebied van de naleving van het VN-Kinderrechtenverdrag. Zo zijn er vraagtekens te plaatsen bij een juiste toepassing van het subsidiariteitsbeginsel (de plicht om eerst in land van herkomst te zoeken naar passende opvang), het voorkomen van onnodige scheiding van ouders en kinderen, en is er mogelijk sprake van documentvervalsing. Wat de andere landen betreft: Denemarken stopte onlangs alle interlandelijke adopties, na misstanden in onder meer Zuid-Afrika. De Noorse Centrale Autoriteit besloot recentelijk geen vergunning meer af te geven en lopende procedures zelfs af te breken voor adopties uit onder andere Hongarije, Filipijnen, Taiwan, Thailand en Zuid-Afrika. ICDI kreeg inzage in de Noorse landenanalyses en zal hier een later deze week een samenvatting van op haar website plaatsen.
Momenteel lopen er in Nederland ongeveer 500 adoptieprocedures die vooralsnog door mogen gaan. Dit baart ons grote zorgen gezien de geconstateerde misstanden. De commissie-Joustra concludeerde dat ‘de overheid heeft nagelaten in te grijpen waar daar wel aanleiding toe bestond.’ Wij roepen de overheid dringend op dit keer wél tijdig in te grijpen en alle lopende adoptieprocedures per direct te stoppen, naar Noors voorbeeld. De rechten van 500 kinderen zijn in deze procedures niet geborgd. Er kan niet met zekerheid worden vastgesteld of hun dossiers kloppen, of ze vrijwillig zijn afgestaan en of (en in welke mate) gepoogd is om kinderen en ouders bij elkaar te houden of in de omgeving op te vangen.
De minister stelt in het kader van het afbouwplan dat hij de belangen van aspirant-adoptieouders ‘niet uit het oog wil verliezen’. Hoewel pijnlijk voor de betreffende aspirant-adoptieouders – ook zij zijn de dupe van het wisselende overheidsbeleid – staat het starten van een adoptieprocedure niet gelijk aan ‘de garantie op een kind’. De belangen van adoptieouders mogen onder geen beding zwaarder wegen dan het beschermen van kinderen tegen aantoonbaar reële risico’s op misstanden, met alle ingrijpende en onomkeerbare gevolgen van dien. Dit zou volledig indruisen tegen het centraal te stellen belang van het kind, zoals het VN-Kinderrechtenverdrag voorschrijft en de minister aangeeft te onderschrijven.

3. Wij willen betere ondersteuning bij herstel van identiteit en een betere rechtspositie voor geadopteerden
Het is een fundamenteel mensenrecht om te weten van wie je afstamt en de omstandigheden te kennen waaronder een adoptie heeft plaatsgevonden. Veel geadopteerden beschikken niet over deze wezenlijke informatie. Hoewel de regering excuses maakte voor het falende adoptiebeleid en de commissie-Joustra de overheid aanspoorde zich maximaal in te spannen om de gevolgen van de misstanden zo goed mogelijk te verzachten, is de huidige ondersteuning aan geadopteerden ontoereikend.
Een belangrijk pijnpunt is dat niet wordt voorzien in individuele ondersteuning, met als gevolg dat geadopteerden de (doorgaans hoge) kosten die komen kijken bij identiteitsherstel zelf moeten dragen. Velen hebben daar de middelen niet voor. Ook expertisecentrum INEA voorziet hier niet in. Hulp en ondersteuning door de overheid is daarom noodzakelijk, zeker nu een Kamermeerderheid de overheid hiertoe heeft opgeroepen, appellerend aan de verantwoordelijkheid die de overheid heeft voor het toezicht op interlandelijke adopties. Verdere inventarisatie om na te gaan waar de behoefte ligt, zoals de minister voorstelt, is onnodig, De behoeften zijn helder: er is financiële ondersteuning nodig bij individuele zoektochten naar familie, DNA-onderzoek, onbeperkte toegang
tot adoptiedossiers, kosteloos herstel van naam en andere identiteitsgegevens, en adoptie-sensitieve psychosociale ondersteuning. Dit geldt ook voor de Nederlands geadopteerden en afstandsmoeders. Daarbij geldt dat de tijd dringt, want veel ouders zijn inmiddels op (hoge) leeftijd. Het Nederlands Juristencomité voor de Mensenrechten riep de overheid onlangs op om individuele geadopteerden financieel tegemoet te komen in de vorm van een rootsfonds, zodat herstel mogelijk is voor iedere geadopteerde die daar behoefte aan heeft. Wij sluiten ons daarbij aan.
Tot slot vinden wij het uiterst pijnlijk dat de minister niet van plan is te stoppen met de langdurige, kostbare en slopende rechtszaken tegen geadopteerden die op zoek zijn naar hun identiteit, zelfs niet nadat de Tweede Kamer (ook) daartoe opriep in een aangenomen motie. Wij verzoeken de overheid opnieuw om rechtszaken over juridische overheidsaansprakelijkheid in het kader van interlandelijke adopties te voorkomen. Wij doen een dringend beroep op de minister om gedupeerden volledig te compenseren voor de gemaakte kosten en het onnodige leed dat het doorprocederen met zich meebrengt.

Dit statement wordt onderschreven door:

Initiatiefnemers
Asia Koerten & Giulia Cortellesi, directors
International Child Development Initiatives (ICDI)

Mirjam Blaak, directeur-bestuurder
Defence for Children Nederland

Victor Jammers. directeur-bestuurder
CoMensha, Coördinatiecentrum tegen mensenhandel

Belangenorganisaties
Dong Hee Kim, voorzitter
Stichting Adoptee Rights Activism Netherlands

Soorien Wassink-Zeldenrust, uitvoerend directeur
Adoptee & Foster Care

Judy Aubrain, voorzitter
Plan Kiskeya (Haïti)

Jyoti Weststrate, voorzitter
MilkboXProject (India)

Alejandro Quezada, voorzitter
Chilean Adoptees Worldwide (CAW, Chili)

Ana van Valen & Christine Verhaagen, oprichters
St. Mijn Roots (Indonesië)

Marcia Engel, directeur
Plan Angel (Colombia)

Anand Kaper & Bina de Boer
DNA India Adoptees (India)

Ruchama Bloemendaal
Free the Beloved Nepali Sisters (Nepal)

Nikwi Hoogland, voorzitter
Adoptiepedia (Taiwan en China)

Mi-Young Song, voorzitter
Netherlands Korean Rights Group (NLKRG, Zuid-Korea)

Kana Verheul, oprichter-directeur
St. Shapla Community (Bangladesh)

Collectief van geadopteerden belangenbehartigers Dutch Adoptee Action Group (DAAG)

Berbert Swart, Nani Keizer, Patricia Steenstra
Ibu-Indonesia (Indonesië)

Hanna van der Wal, voorzitter
Blen-DNA (Ethiopië)

Lynelle Long, founder
InterCountry Adoptee Voices (internationaal)

Yung Fierens, voorzitter
Critical Adoptees Front Europe (internationaal)

Maud Jing Qin Gerretsen,
Asian Raisins
Bestrijding racisme Aziatische mensen

Will van Sebille, voorzitter
Stichting De Nederlandse Afstandsmoeder

Verleden in Zicht (VIZ) Nederlandse afgestanen en binnenlands geadopteerden

Ties van der Meer & Ester de lau
Stichting Donorkind

Wetenschappers en (ervarings)deskundigen*
Sarah Janaki Peshala de Vos
Initiatiefnemer statement, programmamanager ICDI
(Sri Lanka)

Shila Khuki de Vries
Externe PhD kandidaat, Radboud Universiteit
(Bangladesh)

Mieke Breedijk
Kinderrechtenjurist

René Hoksbergen
Emeritus Hoogleraar Adoptie, Universiteit Utrecht

Ina H.R. Hut
voormalig directeur-bestuurder Wereldkinderen en klokkenluider mbt interlandelijke adoptie, voormalig directeur-bestuurder CoMensha

André Nuytinck
Emeritus Hoogleraar Privaatrecht (o.a. personen- en familierecht), Radboud Universiteit en Erasmus Universiteit

Bep van Sloten – van de Munt
Internationaal Consultant Jeugdzorg en Jeugdbescherming

Pien Bos
Cultureel antropoloog PhD, Universiteit voor Humanistiek, afstand ter adoptie vanuit het perspectief van moeders (India, Vietnam, Nederland)

Hilbrand Westra
Expert interlandelijke adoptie en trauma ontwikkeling (Zuid-Korea)

Kristen Cheney
Professor, School of Child & Youth Care, University of Victoria

Dewi Deijle
Juriste OJAU, belangenbehartiger interlandelijk geadopteerden en auteur ‘Postpakketjes van overzee’ (Indonesië)

Sophie Withaeckx
Universiteir Docent (UD) in filosofie, Universiteit Maastricht

Marjolein Dikkerboom
Straf- en jeugdrechtadvocaat, gespecialiseerd in naamswijziging geadopteerden (Zuid-Korea)

Juul Polders-Reinders
voormalig senior beleidsadviseur Raad voor de Kinderbescherming ( interlandelijke adoptie)

Dilani Butink
Podcastmaker ‘Pink Cloud Project’ (Sri Lanka)

In-Soo Radstake
Filmmaker en regisseur ‘Made in Korea’ (Zuid-Korea)

Kelly-Qian van Binsbergen
Documentairemaker ‘De Afhaalchinees’ (China)

Sigrid Deters
Filmmaker en adoptie-expert, ‘Zwartboek Adoptie’

Sam van den Haak
Adoptietherapeut en auteur ‘Niet geboren op mijn verjaardag’ (Sri Lanka)

Cindy Huigen
China correspondent en auteur ‘Dit is ook China’ (China)

José Montoya
Acteur en theatermaker ‘To be of nooit geweest’ (Colombia)

Marina van Dongen,
Journalist en auteur ‘De Adoptiemonologen’ (Griekenland)

Asha Dijkstra
Auteur ‘Een verboden dochter uit India’ (India)

Rob Marrevee
Adoptieouder en auteur ‘Vaderland’

Myranda Mi Jung Hilhorst,
Auteur ‘Wees, moederliefde onder voorwaarden’ (Zuid-Korea)

Iara de Witte
Voormalig kinderrechtenadviseur Defence for Children Nederland

Pauline Hillen
Voormalig manager Wereldkinderen en klokkenluider, mediator en zoektochten Brazilië

Maureen Davis
Praktijk Afstammingsvragen en auteur ‘Schatgraven in de kelder van tante D., zoektocht naar de onbekende biologische ouder’

Els Leijs
Expert genetische genealogie

*We hebben een poging gedaan om in korte tijd zoveel mogelijk mensen en organisaties te benaderen die een zichtbare bijdrage hebben geleverd aan het creëren van bewustwording over interlandelijke adoptie, bijvoorbeeld door het schrijven van een boek, onderzoek of culturele projecten. Deze lijst is niet uitputtend. Mocht je je eigen naam of organisatie missen, neem dan contact met ons op: sarah@icdi.nl